Een voorbeeld van een tekenles waar
taal en tekenen mooi samengaan. Dat is niet alleen tijdwinst, maar
ook een verdieping van zowel je taal- als je tekenles. Ik heb er
zelfs nog een dimensie aan toegevoegd: de sociaal-emotionele
vaardigheden.
Het onderwerp van gesprek is: Jezelf! En zeg nou eerlijk: wie wil
dat niet?
Vraag de kinderen met hun lievelingskleur een kleine cirkel midden
op het papier te zetten. Er moet voldoende ruimte omheen blijven
voor nog een flinke cirkel.
Laat de kinderen zachtjes ronddraaien, net zolang tot ze het genoeg
vinden. Hierdoor worden de kinderen rustig en wordt hun aandacht
gefocust op het lege rondje in het midden.
Als iedereen klaar is zeg je dat ze zichzelf in dat rondje mogen
tekenen. Dat mag helemaal zijn, of een portretje, maar ook iets dat
symbool voor hen staat.
Wie klaar is mag een grotere cirkel om de binnencirkel tekenen. Ook
nu weer rustig laten ronddraaien zodat er een stevige rand ontstaat
en het kind zich ontspant.
Vraag het kind om de tweede cirkel te verdelen in 4 gelijke
stukken, een cirkel met vier vakken.
Laat de kinderen zelf kiezen in welk vak ze willen beginnen.
Geef dan rustig een voor een de opdracht om te tekenen over:
waar je blij van wordt
waar je je boos over kunt maken
waar je verdrietig van wordt
waar je bang van wordt.
Tijdens het tekenen praat je met de kinderen of praten ze in
groepjes met elkaar.
Nu kun je er nog een cirkel omheen laten zetten, maar nu van tekst.
Afhankelijk van de leeftijd van de kinderen laat je hen een
kernachtige zin, een gedicht of een opstel schrijven. Het kind
kiest daarna zelf of het alles of een deel van de tekst om de
tekening zet, en hoe het dat doet.